Ergens in de jaren ’80 heb ik van mijn oma sokken leren breien. Dat ging niet helemaal zonder slag of stoot, want met vier breinaalden en een bol sokkenwol manoeuvreren terwijl je de hoorn van de telefoon tussen je oor en je schouder klemt valt niet mee.

Oma had in haar leven al ontelbare sokken gebreid en vertelde me door de telefoon hoe ik achtereenvolgens de grote hiel, de kleine hiel en de spie moest maken, om daarna door te breien tot aan de teen. Vraag me niet waarom ik niet gewoon naar haar toe ging. Ze woonde in Driewegen, zo’n acht kilometer fietsen, dus de afstand was het probleem niet. Wellicht besloot ik – zoals pubers dat nu eenmaal kunnen – op een gegeven moment dat ik NU sokken wilde breien en was de telefonische manier simpelweg de snelste…

Het is me indertijd gelukt om welgeteld één paar ‘geitenwollen’ sokken te breien. Ik vond het een hele prestatie van mezelf, maar het nieuwtje was er blijkbaar snel af.

Inmiddels aardig wat jaartjes later volgt een vriendin van mij de opleiding Modeontwerpen aan de Academie voor de Schone kunsten in Sint-Niklaas. Zij heeft dit jaar een kostuum van een Walcherse dame uit de periode 1850 gemaakt. De rest van haar ontwerpen is min of meer op deze klederdracht gebaseerd. Je zult trouwens versteld staan van de hoeveelheid rokken die men in die tijd over elkaar heen droeg. Zomer en winter hulden de dames zich in vijf rokken én een schort!

Maar dat terzijde. Om even terug te komen op de gebreide sokken: de silhouetten worden binnenkort, tijdens de modeshow waarmee het semester wordt afgesloten, gedragen door modellen die voor deze gelegenheid op klompen lopen.
De klompenlopers onder ons weten dat een paar stevige kousen dan geen overbodige luxe is. Bovendien maken zelfgebreide kousen het plaatje pas echt compleet.

Er moesten daarom – in een vrij kort tijdsbestek – vier paar kousen worden gebreid.

Mijn oma leeft al jaren niet meer, maar het toeval wil dat mijn hoogbejaarde buurvrouwtje ook erg bedreven is in het breien van sokken. Ik vroeg haar of zij mijn vriendin uit te brand kon helpen door de benodigde kousen voor haar te breien.
Haar antwoord was enigszins verrassend: ze had er geen tijd voor! Het is namelijk zo dat ze voor allerlei mensen sokken breit, en er lag nog een aantal ‘bestellingen’ op haar te wachten.

Omdat de meeste dames tegenwoordig geen sokken meer breien, besloot ik dat ik het dan zelf maar weer eens moest proberen. Eenmaal aan het breien bleek mijn kennis echter niet meer helemaal up-to-date te zijn. Het boord breide ik moeiteloos, maar zodra ik de hiel naderde raakte ik het spoor behoorlijk bijster.

Maar gelukkig hebben we internet! In no-time vond ik een instructie voor het breien van de hiel, waarna ik weer vrolijk verder kon. En leuk dat ik het vind!
Eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat het proces niet helemaal vlekkeloos verloopt. Ik trek bijvoorbeeld regelmatig de verkeerde naald ervantussen, waardoor er prompt een hele rij steken af ligt, maar dat mag de pret niet drukken. Ik ben nu aan de laatste kous bezig en stiekem vind ik dat toch een beetje jammer.

Mocht je nu echt razend benieuwd zijn geworden naar de creaties van mijn vriendin (of naar mijn kousen): binnenkort verschijnen ze op de catwalk.

Mijn oma moest eens weten!

Tut de volgende keer,
Lianne